[ Start ]
Lees Meer 2
Op de website van JON, sinds 2013
Januari
2017
Halfjaar-verslag
2016 B - Juli
t/m december 2016 - dd 24 januari 2017
Het verslag over 2016 is in twee delen geschreven omdat er in 2016
veel veranderd is. ... Het aantal deelnemers is verdubbeld.
Van de thema's die zo als vanzelf tevoorschijn komen noemden wij er in het verslag van 2016 A al
enkele. Te weten: angst, ouders, zelfacceptatie (?), 'monsters in mij',
diagnoses en isolement. Ten dele noemen wij deze weer, ten dele ook
andere thema's, te weten: 'Een groep is eng en zwaar!" - Wat is daar eng aan?
'Zelfacceptatie?' en 'Downloaden'.
Dit jaar traden de JORis groepen in
beperkte mate naar buiten. Daardoor geniet de methodiek nu ook een
bredere bekendheid - en zelfs waardering. Er is een brug gebouwd, een
brug in aanbouw - en nog een brug te bouwen.
Dit
is een handreiking aan de professionele hulpverlening en aan de
samenleving. Er gebeurt niets tegen beide, maar met
beide.
December
2016
Citaten uit:
Houtepen, Jenny A.B.M.; Sijtsema, Jelle J. and
Bogaerts, Stefan;
Seksueel
aangetrokken zijn tot minderjarigen - Seksuele
ontwikkeling, omgaan met verboden gevoelens en het ontladen van seksuele
gevoelens bij zelfverklaarde pedofielen.
|
- Department of Developmental Psychology,
Tilburg University, Tilburg, The Netherlands
Vertaald uit:
- Journal of Sex & Marital Therapy; 22
June 2015 - - PDF
File
- Commentaar: JON
|
Dit artikel beoogt het
geven van meer inzicht in pedofiele oriëntatie, alsook in het risico en
de beschermende factoren bij niet klinisch opgenomen pedofielen, om
overtreding van de wet te voorkomen.
Vijftien deelnemers werden geïnterviewd over seksualiteit, het omgaan
problemen en over seksuele zelfbeheersing. Veel deelnemers worstelen met
het erkennen van hun pedofiele gevoelens voor prepuberale kinderen, als
gevolg waarvan zij psychische problemen ondervonden. Meerderen van hen
hebben seksuele overtredingen begaan in hun tienerjaren, terwijl zij bezig
nog waren hun gevoelens te ontdekken.
Het vroeg ontdekken van risicofactoren en een vroeg begin van interventie
lijken noodzakelijk om wetsovertredingen te voorkomen. Dit te meer omdat
resultaten veronderstellen dat risico’s voor wetsovertreding kunnen
worden verminderd door het geven van meer openheid over pedofilie en het
aanbieden aan pedofielen van sociale steun en toezicht.
|
Gieles, Frans
E J, Sympathiek
onderzoek in het verkeerde kader - 2016 - over het artikel van
Houtepen cs 2015 (zie hier boven) |
JON |
Een op zich
vernieuwende kijk op mensen met pedofiele gevoelens die massaal bereid en
in staat zijn om zichzelf te beheersen ... is hier bekeken door de bril,
het kader, het frame van het meer beschreven en dus bekende en
vertrouwde dader & slachtoffer model, dat nu net gaan over de mensen
die zichzelf niet wisten te beheersen.
|
November
2016
Citaten uit
Padding, R.; Pedofilie en conflict
- Onderzoek naar de conflict-beladen relatie tussen het bestaan van pedofielen en de Nederlandse samenleving -
Vertaald uit het Engels. |
Radboud Universiteit Nijmegen - 2015
|
Dit onderzoek concentreert zich op pedofielen en hun plaats in de Nederlandse maatschappij. Uitgaande van de vraag: “In welke mate is er een conflict vanwege het bestaan van pedofielen in de Nederlandse maatschappij?”De informatie is verzameld en geanalyseerd dooreen kwantitatieve analyse op inhoud van kranten artikelen en
semi-gestructureerde vragen bij het interview met pedofielen.
In dit onderzoek zijn pedofielen gedefinieerd als personen met een seksuele oriëntatie gericht op kinderen jonger dan 16 jaar. De seksuele oriëntatie omvat niet alleen seksuele gevoelens maar ook romantische gevoelens.
De twee belangrijkste resultaten:
- Als eerste: kranten geven een gegeneraliseerd beeld weer van pedofielen als personen die handelen of mogelijk kunnen handelen op een pedoseksuele wijze. Deze overdreven generalisatie leidt tot de beeldvorming van een gestigmatiseerd stereotype, die van de seksueel-criminele kindermisbruiker.
- Als tweede: de respondenten ervaren dat stigma in hun dagelijks leven, zodat zij zich niet geaccepteerd voelen door de maatschappij. Daarentegen ervaren ze een structureel conflict dat zich uit in de vorm van ongelijkwaardigheid in hun levensmogelijkheden. Het feit dat zij zich niet kunnen uitspreken over hun seksuele identiteit kan leiden tot moeilijkheden in het sociale leven. Zij vragen om bescherming en professionele hulp, om te leven zonder angst op ontdekking. Dit laatste is een vorm van verborgen geweld.
Uit de resultaten: "De organisatie die onder de respondenten het
hoogst gewaardeerd wordt is de zelfhulpgroep JON van de NVSH."
Uit de discussie: "Verder zou het een goed hulpmiddel zijn om uit te
vinden welke mogelijkheden er zijn om verenigingen als de NVSH en de
zelfhulpgroep te versterken en te beschermen. Op die wijze krijgen
pedofielen de hulp die zij nodig hebben."
|
September
2016
De mens en zijn
verhaal - De
theoretische en filosofische basis van de narratieve zelfhulp en
therapie - Frans E. J. Gieles, 2016 (b) |
JON &
JORis West |
Om de theoretische en filosofische
onderbouwing van de narratieve zelfhulpmethode te schetsen, hier nog
slechts weergegeven als "een eerste poging, essay", moeten we
beginnen bij de filosofische achtergrond. Pas van daaruit is de
narratieve theorie en therapie logisch, gevolgd door de narratieve
zelfhulpmethodiek, die in "Het
verhaal dat verteld mag worden" geschetst is.
|
Mulder, Jules:
De pedofiele
relatie |
Justitiële verkenningen, jrg. 41, nr. 4, 2015 |
Bij pedofielen is er
naast
de seksuele verlangens doorgaans ook een wens tot een emotionele
relatie met een kind: de pedofiel geeft om het kind en wil graag kind
zijn met de kinderen. [...] Een pedofiele relatie hoeft dus ook geen feitelijke seks te bevatten,
hoewel de volwassene het verlangen daartoe wel zal voelen. [...]
De meeste pedofielen
leven vele jaren met deze gevoelens zonder ernaar te handelen.
[...]
Voor kinderen kan
een speciale relatie met een volwassene volledig onschadelijk of zelfs
heilzaam zijn. Pas als er sprake is van geheimen, van het buiten sluiten
van anderen, is het schadelijk [...].
De pedoseksuele relatie is in verschillende opzichten problematisch.
[...] Het geheime van het contact maakt dat de jongere zijn
ervaringen niet met vrienden en ouders kan delen. [...]
Pedofiele relaties zonder seks bestaan en kunnen
erg waardevol zijn voor een kind. Het hebben van een oudere
vriend, om mee te praten, te vissen en naar muziek te luisteren, kan
het kind door moeilijke tijden heen helpen en hem ervaringen meegeven
waar hij in zijn ontwikkeling veel aan heeft.
De
pedofiele relatie kan dus best gewenst zijn, de pedoseksuele niet.
|
Mulder,
Jules:
Bos, Kim interviewt Jules Mulder:
Jaren tussen mannen met
verboden gevoelens. „Je zal het maar hebben. Gevoelens die je
nooit mag uitleven.” |
NRC 13 oktober
2015 |
Mulder geldt als
genuanceerde stem in een debat waarin kortzichtigheid en emoties vaak
domineren. Hij ging in tv-programma’s als Rondom 10 in gesprek met
boze burgers. Keer op keer legde hij uit waarom het echt geen zin heeft
om alle pedo’s op een eiland te zetten. Daar roei je het probleem niet
mee uit, vindt Mulder. [...]
De meeste doen niets, maar worstelen met hun verboden gevoel. [...]
Ik probeer te verkondigen dat het niet verkeerd is om die pedofiele
gevoelens te hebben.
|
Halfjaar-verslag
2016 A - Januari
t/m juli 2016 - dd 29 Augustus 2016 |
JON &
JORis West |
Dit verslag is geschreven omdat er in 2016
veel veranderd is. In plaats van één groep in het oosten, is er nu ook
een groep in het westen. Bovendien is de structuur veranderd en is de
werkwijze sterk in ontwikkeling.
|
Gieles, Frans E J; Het verhaal dat
verteld mag worden ... in de
zelfhulpgroep JON - Versie 4b |
JON/JORis
Augustus 2016 |
“Je bent best streng als gespreksleider
… maar daardoor hebben we juist een goed gesprek.”
De in ruim dertig jaar al doende
ontwikkelde methodiek poog ik hier onder woorden te brengen – in
eerste aanleg en versie dan. Een theoretische en filosofische
onderbouwing moet nog volgen.
|
Juli 2016
Over
Koops, Willem, Bas Levering & Micha de Winter; Over
kinderen en seks; SWP 2014;
Een recensie van
Willem van Veen |
NVSH
Nieuwsbrief
november 2015 |
Eind vorig jaar is het boek Over
kinderen en seks uitgekomen. Het bestaat uit
een achttal voordrachten vanuit verschillende disciplines die gehouden
zijn in
het kader van de seksuele ontwikkeling en opvoeding aan de Universiteit
van
Utrecht. Gebundeld geven ze de tijdgeest weer over kinderen en seks in
Nederland aan het begin van de 21ste eeuw. [...]
Een voor de leden
van de NVSH interessant stuk [is dat van] van Paul Schnabel, getiteld Het eind van
het taboe op de seksualiteit, waarin de rol van de NVSH bij het beëindigen
van een groot aantal seksuele taboes wordt besproken.
Dan volgt er een vrij deprimerend en
quasiwetenschappelijk hoofdstuk van
Martine Delfos waarin de seksuele ontwikkeling vanuit een jaren vijftig
mentaliteit van de schrijfster wordt behandeld. [.. ... ...]
In het laatste hoofdstuk getiteld Seksuele
opvoeding: opgave of uitdaging,
krijgen ouders en professionele opvoeders aanwijzingen aangereikt
waarmee ze de seksuele opvoeding vorm kunnen geven.
|
Veen, Willem
van; De onzin
van libidoremmende middelen |
NVSH
Nieuwsbrief, november 2014 |
Er is een directe
relatie tussen het hormoon testosteron en agressie. [...] Er is ook een
relatie tussen testosteron en seksueel gedrag. De wijze waarop
testosteron van invloed is op het seksuele verlangen en het seksueel
gedrag is vooralsnog met vraagtekens omringd. [...]
Testosteron verlagende medicijnen (ook wel bekend als chemische
castratie) worden opmerkelijk genoeg niet gebruikt om te voorkomen dat
mensen die een ernstig geweldsdelict hebben gepleegd recidiveren. Ze
worden ook niet standaard gebruikt in de behandeling van verkrachters.
[...]
Testosteron verlagende medicijnen worden wel massaal voorgeschreven aan
mensen met een pedoseksuele voorkeur die seksueel contact hebben gehad
met een minderjarige. Ongeacht of hierbij sprake was van een ongewenst
contact. En ook dit is opmerkelijk.
|
Gieles, Frans
E. J.;
| |